ellipse

Advocaat van de Nacht: ‘Welcome to the club’

Plusone avatar black

Advocaat van de Nacht: ‘Welcome to the club’

Tweemaandelijks schrijft Bjorn Schipper een column voor Clublife EDM Magazine waarin hij als ‘Advocaat van de nacht’ tips and tricks & do’s and don’ts geeft over alles wat te maken heeft met de dance-industrie. Check zijn vijfde column hieronder of ga naar Clublife Magazine.

Welcome to the club

De afgelopen weken werd duidelijk dat artiesten een aantal waardevolle exclusieve ‘muziekrechten’ aan hun kont hebben hangen. Met deze rechten kan geld verdiend worden en kan tegen misbruik worden opgetreden. De meeste DJ’s en producers zijn druk. Een aantal zelfs zo druk dat je hun dagen in Nederland haast op een hand kan tellen. Alles zelf beheren kan wel maar vergt een goede (administratieve) organisatie. En wie gaat waar het geld halen als jouw muziek in het buitenland gedraaid wordt?

Soms verguisd maar zeker ook bijzonder nuttig: collectieve rechtenorganisaties, ook wel CBO’s genoemd. Denk aan Buma/Stemra en SENA in Nederland, Gema in Duitsland, Sabam in België, Sacem in Frankrijk, PRS in Engeland en ASCAP in de Verenigde Staten. Wat doen de Nederlandse CBO’s eigenlijk voor de makers van muziek?

Als het om auteursrechten op muziekwerken (composities/teksten) gaat, beheert Buma/Stemra voor vele makers het (muziek)auteursrecht. Buma en Stemra worden meestal in één adem genoemd maar zijn eigenlijk twee verschillende organisaties. De vereniging Buma gaat over de openbaarmaking van muziek in bijvoorbeeld winkels, clubs en op dance festivals en bij het online streamen van muziek. De stichting Stemra gaat over de (mechanische) reproductie van muziek zoals bijvoorbeeld bij het persen van vinyl en CD’s en het online downloaden van muziek. De bij Buma/Stemra aangesloten makers sluiten hiervoor een speciaal exploitatiecontract af waarmee de auteursrechten aan Buma/Stemra worden overgedragen. De gemaakte muziekwerken moeten worden aangemeld bij het speciale systeem van Buma/Stemra. Vanaf dat moment beheert Buma/Stemra de (muziek)auteursrechten op jouw muziek. Welcome to the club. Buma/Stemra haalt vervolgens voor het gebruik van jouw muziek geld op bij de verschillende soorten gebruikers. Van kappers tot dance festivals. Aan de hand van speciale verdeelsleutels vastgelegd in repartitiereglementen krijg je dan – na aftrek van een administratiefee – aan het einde van het jaar ‘je auteursrechten’ collectief uitbetaald. Maak je met meerdere mensen muziek, worden de gelden naar rato ieders aandeel verdeeld onder de verschillende makers. Afhankelijk ook van hoe de muziek bij Buma/Stemra is aangemeld. De verdeling van de gelden wordt nog verfijnder als sprake is van een bewerking van bestaande muziek, bijvoorbeeld in het geval van een commerciële edit of remix. Zou Todd Terje’s recente edit van Dolly Parton’s hit ‘Jolene’ met autorisatie van de auteursrechthebbende(n) zijn uitgebracht, wordt in theorie aan zowel het oorspronkelijke muziekwerk als de nieuwe bewerking auteursrechtgeld verdiend.

Heb je ondertussen met een publisher een uitgavecontract gesloten, gaat een deel van het auteursrechtgeld naar deze publisher. Muziekuitgevers zijn namelijk óók aangesloten bij Buma/Stemra en kunnen op basis van dit soort publishing contracten aanspraak maken op een deel van jouw auteursrechten.

Omdat Buma/Stemra met haar buitenlandse zusterorganisaties afspraken heeft gemaakt over onder andere inning en verdeling van auteursrechtgelden in het buitenland, is het feitelijk zo dat Buma/Stemra als het ware het wereldrepertoire vertegenwoordigt. Dat betekent dat Buma/Stemra hier auteursrechtgelden kan incasseren bestemd voor buitenlandse muziekmakers en dat bijvoorbeeld PRS in Engeland auteursrechtgelden kan incasseren bestemd voor Nederlandse makers van muziek. Toch fijn als je in Engeland een grote hit scoort zoals Bingo Players.

Tot slot de stichting SENA. We weten dat naburige rechten in relatie tot muziek de goede buren van auteursrechten zijn. SENA is op wettelijke basis in het leven geroepen om ervoor te zorgen dat een vergoeding wordt geïncasseerd voor het publiekelijk laten horen van commercieel uitgebrachte geluidsdragers, ook wel ‘secundaire openbaarmaking van commerciële fonogrammen’ genoemd. De door SENA te incasseren vergoeding heet wettelijk ‘de billijke vergoeding’. Ook SENA haalt bij de verschillende soorten muziekgebruikers zo’n billijke vergoeding op en verdeelt deze onder de nabuurrechthebbenden: de fonogrammenproducenten en de artiesten. Let op: aanmelding bij SENA van tracks en rechthebbenden is vrij eenvoudig en vindt plaats zonder dat hiervoor een rechtenoverdracht nodig is. Je blijft dus zelf eigenaar van de naburige rechten. Voor producers en artiesten van dance tracks is het een gemiste kans als niets gedaan wordt met de via SENA te ontvangen billijke vergoeding. Een gratis advies dat jullie in the pocket hebben.

more insights

Een mooie overwinning voor het nachtleven bij onze oosterburen in Berlijn!

Afgelopen week draaide de Berlijnse bestuursrechter de beperking van de openingstijden van een restaurant gelegen in Prenzlauer-Berg, een bekende uitgaansbuurt in Berlijn, door de gemeente terug. De rechtbank was hierbij van oordeel dat de gemeente te weinig acht had geslagen op de meerwaarde van de organische ontwikkeling van een cultureel belangrijke uitgangsbuurt in de stad, en dat een dergelijke uitgaansbuurt speciale bescherming verdient. Hoe zien wij dat terug in Nederland? Een casus zoals deze in Berlijn is voor ons als advocaten en voorvechters voor festivals en nachtcultuur in Amsterdam en de rest van Nederland niet onbekend. als tegen verleende evenementenvergunningen bezwaar wordt gemaakt gaat het bijna altijd om bezwaren van één of enkele omwonende(n), die ondanks maatwerk en tegemoetkomingen door organisatoren vaak jaren achtereen blijven volharden in juridische procedures. De weigering van de gemeente Amsterdam om een vergunning te verlenen voor het iconische Pride event op het Amstelveld vorig jaar vanwege “excessieve overlast” die enkele omwonenden zouden ervaren staat hierbij nog vers in ons geheugen. Juist ook omdat het evenement naast enkele klagers een groot draagvlak heeft onder alle direct omwonenden van het Amstelveld. Ondertussen dreigt het uitgaansleven ook aan de voorkant steeds meer aan banden te worden gelegd, bijvoorbeeld door voorgenomen wijzigingen in het Evenementenbeleid Amsterdam. Een van de voorgenomen wijzigingen ziet op het vervroegen van de eindtijd voor evenementen op zondag: van 23.00 naar 22.00 uur. Onterecht en ongefundeerd als je het ons vraagt. Wij zijn van mening dat de gemeente bij haar keuzes niet steeds opnieuw de kaasschaaf zou moeten hanteren. De uitspraak van de Duitse rechter laat zien dat aan het uitgaansleven en de nachtcultuur ook een zwaar en speciaal belang mag worden toegekend, waar het belang van een enkele klager onder omstandigheden voor moet wijken. Dat is wat ons betreft in Nederland niet anders. Overheden mogen gaan staan voor het rijke nachtleven en festivallandschap dat ons land kenmerkt. Wij vinden dat in Nederland vaak te weinig acht wordt geslagen op de culturele en artistieke meerwaarde van het nachtleven en de festivals, zeker ook waar het grote steden betreft. Het gaat vaak om organische ontwikkelingen, zoals uitgaansbuurten en festivallocaties die soms al decennia gaande zijn en tot culturele ecosystemen zijn uitgegroeid waarin talentopwikkeling op en achter het podium plaats kan vinden. Wij strijden dan ook voor bescherming van de nacht- en festivalcultuur en het doet ons goed om te zien dat wij hierin niet de enige zijn.

11 August 2025

Read
View all